10x wandelen in Frankrijk
De Fransen zijn dol op langeafstandswandelingen, Grandes Randonnées. Maar er is meer. Ook het aantal korte routes is oneindig! Wandel.nl tipt tien superieure wandelgebieden.
De Fransen zijn dol op langeafstandswandelingen, Grandes Randonnées. Maar er is meer. Ook het aantal korte routes is oneindig! Wandel.nl tipt tien superieure wandelgebieden.
Door: Marjolein van Rotterdam
De Fransen zijn er dol op, langeafstandswandelingen. Al meer dan zeventig jaar ontwikkelen ze de ene na de andere Grande Randonnée (langeafstandswandeling) en Grande Randonnée du Pays (lusvormig). Miljoenen wandelaars hebben dankzij de paden de rugzak omgehangen om er dagenlang vandoor te gaan, de rood-witte of rood-gele wegwijzers volgend.
Maar let op. Er is meer. Het aantal korte(re) routes is ook al oneindig! Kiezen is moeilijk. Wandel.nl tipt daarom tien superieure wandelgebieden. Van de Ardennen tot de Provence, van de Bretonse kust tot de Alpen.
NB We gebruiken de neutrale term gebieden, omdat we liever aansluiten bij bekende vakantiegebieden dan bij de officiële bestuurlijke indeling. De Fransen hebben namelijk sinds 1 januari hun bestuurlijke indeling veranderd, waardoor regio’s groter zijn geworden, en soms een nieuwe, volslagen onbekende naam kregen. De Auvergne bijvoorbeeld is geen aparte regio meer, maar opgegaan in Auvergne-Rhône-Alpes. De Champagne-Ardenne is opgegaan in de nieuwe regio Grand Est.
Je hoeft geen bergbeklimmer te zijn om te genieten van de toppen van de Alpen. De hoogste top van de Alpen, de Mont Blanc, ligt in Frankrijk. Eromheen loopt een van de beroemdste GR’s: de Tour de Mont Blanc, die je ook door Zwitserland en Italië leidt. Onderweg zie je vrijwel altijd de Mont Blanc. Schitterend. Maar natuurlijk is er (veel!) meer. Twee Alpenwandeltoppers zijn de natuurgebieden Écrins en Queyras. Het Parc National des Écrins is een van de drie nationale parken in de Franse Alpen. Ga vooral naar het oostelijke deel. Het is er zonniger dan in het westen, en je komt lekker dicht bij de hoge pieken.
De Queras is minder bekend, maar niettemin spectaculair. Het is een geïsoleerd pulkje Frankrijk in Italië, waar je tussen de grote jongens wandelt. In het westen de Barre des Écrins (4102 m), in het oosten de Monte Viso (3412 m). De Queyras is een piekfijn wandelgebied waar de wandelingen nooit eng zijn. Het gebied is ook voor kinderen geschikt. Er zijn talloze uitgezette routes, waaronder een GR, de Tour du Queyras (GR58), die ook de dorpjes aandoet. En een route die meer op hoogte blijft, de tour du Mont Viso, die ook door Italië loopt.
Net ten zuiden van Écrins en Queyras ligt Departement 04, Alpes de Haute Provence. De naam vertelt al veel: in het noorden vind je in dit gebied een echt Alpenlandschap, het zuiden is helemaal Provence. Door het gebied stroomt onder meer de Verdon, bekend vanwege zijn Gorges (kloof). Zowel in het noorden als het zuiden is het een perfect wandelgebied. Totaal bevat het departement 6100 km bewegwijzerd wandelpad, 900 km GR, 700 km de GR de Pays (lusvormige, meerdaagse tochten), en meer dan 4500 km kortere wandelingen. Je zult onderweg natuurgebieden tegenkomen, bergen, lavendelvelden, fruitbomen en meren. En prettige dorpen en stadjes als Manosque, Digne-les-Bains, Barcelonnette of Sisteron.
Tot 2016 was de Auvergne een zelfstandige regio, nu is het gebied in het Centraal Massief onderdeel van de regio Auvergne-Rhône-Alpes. Als wandelgebied is de Auvergne vooral bekend om zijn vulkanen. Maar ook de groene valleien en het feit dat het gebied de de schoonste lucht van Frankrijk heeft, maken het tot een ideaal wandelgebied. De bekendste berg is de Puy de Dôme (puy = topje). De vulkanen liggen in het Het Parc Naturel Régional des Volcans d’Auvergne, Frankrijks grootste regionale natuurpark.
Het 400.000 ha grote park is weer onderverdeeld in vier kleinere natuurgebieden, met elk hun eigen, vaak zeldzame flora en fauna. Volg je de route dan kom je langs vijftien knalblauwe vulkaanmeren.
Er is nog veel meer te wandelen in de Auvergne, de Tour de la Reine Margot leidt je rond de Puy de Dôme. De valleien en heuvels zijn geschikt voor beginners. Hogerop ga je vooral wandelen als je een gevorderde wandelaar bent. In 2016 stond de Auvergne in de top tien van gebieden die je volgens Lonely Planet gezien moet hebben.
Bretagne is bijna even groot als Nederland. Het is een van de Franse regio’s, voor 2016 en ook daarna. Alleen al aan de kust kun je eindeloos wandelen: de regio heeft 1200 km kustlijn. Het is een kustlijn waar ook wat te zien valt. Aan de grillige en ruige kust met de grootste getijdenverschillen van Europa vind je baaien met brede stranden en rotsen, en havens met kleurrijke vissers-bootjes. De rotsen zijn soms roze! Je vindt ze aan de beroemde Côte de Granit Rose.
Langs de hele kust is een GR uitgezet, een smokkelroute, Le Sentier des Douaniers (GR34) De route is opgebouwd uit echte smokkelpaden. In de Napoleontische tijd werd veel gesmokkeld, vooral koffie en katoen. Douaniers patrouilleerden er om de smokkelaars in de kraag te grijpen. De GR34 volgt de héle Bretonse kust. Sinds 2014 is er een vervolg langs de kust van de Loire-Atlantique-kust (+145 km) . In totaal is het pad nu ongeveer 2000 km lang.
Natuurlijk zijn er ook landinwaarts wandelmogelijkheden. Er is bijvoorbeeld GR39 (GR39a en GR39b) van Mont Saint-Michel naar Rennes, Chartres-de-Bretagne en Redon. Totaal 242 km. Een lange pelgrimsroute (600 km) is le Tro Breiz, Bretons voor Tour de Bretagne. Een authentieke route uit de dertiende eeuw. Het is een lus, de noordkant komt overeen met de GR34.
Ook dagtochten zijn er overal te maken. 552 suggesties vind je hier.
Les Ardennes is een departement in de voormalige regio Champagne-Ardenne, nu Grand Est. Het is het Franse verlengstuk van de Belgische Ardennen. Dichtbij huis, lekker stil, en minstens zo mooi als het veel beroemdere gebied over de grens. Je vindt er bossen, een lieflijk landschap waar de Maas doorheen slingert, milde heuvels en leuke dorpjes en stadjes. Eén voorbeeld van zo’n stadje: Charleville-Mézières, met een werkelijk prachtig, bijna exotisch plein, omzoomd door galerijen.
Een (zeer) lange wandeling door al dit moois is de bijna 800 km lange GR-AE (Ardennes-Eiffel). In de Franse Ardennen loopt het Ardennen-Eiffelpad langs het mooie riviertje de Semois. Het pad dat ook door Luxemburg en Duitsland loopt, stamt al uit de jaren vijftig, en is gecreëerd uit enthousiasme voor de Europese integratie.
Ook de GR12, van Amsterdam naar Parijs, doorkruist de Franse Ardennen. Veel meer routes, korte en ook wat langere staan er op de website van de regio.
Korte routes in de Crêtes Préardennaises vind je hier.
Corsica heeft alles wat de wandelaar begeert. Bergen, zee, uitzichten en een eigen cultuur. En niet te vergeten veel routes. De bekendste is de GR20. Sommigen schrikt hij af. Te berucht. Te veel hoogtemeters. Te onvoorspelbare weersomstandigheden. Maar anderen rusten niet voor ze ‘m gedaan hebben. De GR20, ook wel de Fra Li Monti, is een route over heel Corsica die bekend staat als de zwaarste GR van heel Frankrijk. Het is ook een van de klassiekers (met de Tour de Mont Blanc en de GR5) en een van de mooiste. Scherpe tanden van rotsen waar je overheen klautert, alpenweiden, eeuwige sneeuw en geweldige uitzichten. Hij bestaat uit twee delen. Van Calenzana naar Vizzavona (hoog-Corsica), 91km en van Vizzavona naar Conca (Zuid-Corsica), 93 km.
Dit GR-geweld is (gelukkig!) niet het enige waarvoor je naar Corsica gaat. Minder zwaar zijn bijvoorbeeld Tra Mare e Monti (lett Tussen zee en bergen), en Mare a Mare (van zee naar zee). Tra Mare e Monti bestaat uit twee delen, zuid en noord, respectievelijk vijf en tien dagen wandelen.
De route komt o.a. door het Scandola Natuurreservaat, sinds 1983 op de UNESCO werelderfgoedlijst.
De Tra Mare a Mare bestaat uit drie delen: noord, zuid, en midden. Alle drie ruim een week wandelgenot.
Een fraai kustpad van 50 kilometer is een andere fijne optie. Het pad heet Sentier du Littoral en het loopt door Desert des Agriates, een wild en ruig natuurgebied. Kortere tochten en dagtochten: probeer het smokkelpad, Le Sentier des Douaniers (ongeveer een dag) of hike naar de Monte Stello.
De Jura is typisch zo’n gebied waar ze wel pap lusten van wandelen. Er is een gemarkeerd wandelnetwerk van ruim 5.300 km. Het departement dat zich tegen de Zwitserse grens aanvlijt heeft de wandelaar dan ook veel te bieden. Waaronder bergweiden en oude bossen, en uitzichten op het Meer van Genève en de Alpen (Mont Blanc!). Als het helder is natuurlijk, wat niet altijd het geval is: de Jura is nogal nat. In de winter valt er ook veel sneeuw, dat is dan weer een voordeel. De Jura is een ideaal sneeuwschoenwandelgebied.
Er zijn verschillende lange tochten te maken in de Jura. De bekendste is de Grande Traversée du Jura, de grote oversteek van de Jura. Ruim 400 kilometer en 21 dagen. Deels overlapt deze route met de GR5, de GR van Hoek van Holland naar Nice. De route loopt onder meer door het Regionale Natuurpark van de Haut Jura, met fraaie hoge topjes. Andere mooie rondes zijn de Tour du Pays de Montbéliard van ruim 130km door o.a. de Montagnes du Lomont en de Tour de la Haute Bienne. Een lus van 155 km. Voor wie minder wil klimmen is de GR59 is een fijne. Dit is een route tussen de Vogezen en de Jura in. In vier delen te downloaden: GR59-a, GR59-b, GR59-c en GR59-d.
Kortere routes zijn er natuurlijk ook in de Jura, die 5300 km bewegwijzerde paden bestaan niet alleen uit langeafstandswandelingen. Onder meer in het natuurpark zijn ze er volop, zowel in de zomer als in de winter. Tot slot een snacktip voor tussendoor: de Comté komt uit de Jura, de Gruyère-achtige kaas die eigenlijk lekkerder is.
De Dordogne heeft verschillende namen. Departement 24 in het Franse zuidwesten, heet ook wel Périgord. Eigenlijk een oude naam, maar Fransen gebruiken ‘m vaker dan Dordogne – die naam bewaren ze voor de rivier. De wandelaar zal het worst zijn. Die vindt in de Dordogne een aangenaam wandelland. Heuvels wisselen er af met stukjes landbouw, bos, weiland en wild terrein. Een mekka voor stilte-, bloemen- en vlinderliefhebbers. Nauwelijks dorpen, en áls ze er zijn zie je er geen kip. Dat er desondanks mensen zijn blijkt wel als je een markt bezoekt. Een overvloed van heerlijkheden! Die ergens in magen moeten verdwijnen. Dat gebeurt ook. Eten is in de Dordogne een zaak van groot gewicht (een fijne bijkomstigheid voor de wandelaar).
Wil je de hele Dordogne van west naar oost (of andersom) bewandelen dan is de GR6 een goede keus. 119 km, van Eyzies-de-Tayac-Sireuil (Dordogne) naar Lacapelle-Marival (Lot). Ongeveer even lang, maar dan vooral noord-zuid lopend, is de GR36, van Les Eyzies-de-Tayac-Sireuil (Dordogne) naar Prayssac (Lot), 120km. Op pelgrimstocht kan ook. Loop dan een deel van de GR654, de Jacobsweg, van Cussac naar St Astier, 137km.
Dagtochten en kortere wandelingen, de Dordogne komt er bijna in om. Er is een speciale website, waar talloze wandelingen te downloaden zijn (in het Frans). Een andere site, belooft compleetheid.
Het is het deel van Frankrijk dat schilders trok, en misschien ook wel God zelf. Denk je aan God in Frankrijk dan denk je aan God in de Provence. Hier is het leven goed! De bekendste highlights: lavendelvelden, de Gorges du Verdon, de Mont Ventoux, de Pont du Gard en de stadjes en steden. Je komt ze op de al even beroemde (zeer) langeafstandswandelroutes van de Provence allemaal tegen. De meer dan 1000 km lange GR4 van de Provence naar de Atlantische kust en de nog veel langere GR5 (Hoek van Holland – Nice) lopen allebei door de Provence. De GR9, Jura - Côte d'Azur komt ook al door de Provence.
Hiermee is het nog (lang) niet klaar. Een GR de Pays (lus): GR de Pays de Montmirail, overlapt deels met de G4. Aan de kust is er Sentier du littoral: 187 km, bij de Gorges du Verdon de GR99. 242 Km.
Natuurlijk zijn er in de Provence ook mooie kortere routes. Veel info hierover vind je hier.
De Pyreneeën zijn niets minder dan een lustoord voor de wandelaar. Alles vindt hij er. Valleien, hoge toppen, ravijnen en bossen. Rust, en ruige, ongerepte natuur. Natuurparken, waaronder het Parc National des Pyrénées Occidentales. Aan de Franse kant van de Pyreneeën is het vaak vochtiger (regen, mist!) dan aan de Spaanse. Er kunnen heftige onweersbuien ontstaan. Houd dus altijd de weerberichten in de peiling. Tot de highlights aan de Franse kant worden natuurwonderen gerekend als het kolossale Cirque de Gavarnie, een keteldal in het oostelijk deel van het Parc National des Pyrénées Occidentales, de karstlandschappen bij Lescun, de Vallée d’Ossau met de beroemde berg Pic du Midi d’Ossau, de granieten Val d’Azun, en de Vallée de Cauterets, de toegangspoort tot een de mooiste valleien van de Pyreneeën.
De Pyreneeën zijn van west naar oost opgedeeld in drieën: de Pyrénées Atlantiques, de Pyrénées Hautes, en de Pyrénées Orientales. Voor wandelaars zijn er over de hele breedte van de bergrug mogelijkheden. De (zeer) lange-afstandsroutes, GR10 en HRP (Haute Randonnée Pyrénéenne) zijn geschikt voor de stoerste wandelaars met een berenconditie. Wie deze tochten aandurft, wandelt van de Atlantische Oceaan tot aan de Middellandse Zee. Het verschil tussen de twee: de HRP ligt hoger dan de GR10, wie de HRP doet moet kampeerspullen meenemen, en eten voor dagen. Op de GR10 kun je altijd overnachten in een Gîte d’Etappe.
Behalve superlange tochten zijn er ook eindeloos veel middellange en korte wandelingen, waaronder een heel scala aan gemarkeerde dagwandelingen. Een uitgebreid overzicht vind je hier. Er zijn ook vele gidsen te koop. In het Nederlands zijn die van Ton Joosten uitstekend. Ze zijn uitgegeven door Elmar.