Zo wandel je in de zomer verstandig met je hond

Tip 1: Honden zweten niet, maar reguleren hun lichaamstemperatuur door te hijgen en door warmte kwijt te raken via hun voetzolen. Pas je wandeltempo aan de hond aan en neem regelmatig even pauze;

Tip 2: Plan je wandelingen op het juiste moment. Ga op warme dagen vroeg in de ochtend of in de avond met je hond op pad.

Tip 3: Laat de hond bij warm weer (warmer dan 20 graden) niet te veel inspannen. Laat je hond dan niet achter een bal of stok aan rennen.

Tip 4: Vergeet niet om water mee te nemen voor jullie beiden;

Tip 5: Zoek de verkoeling van het bos of het park op. Vermijd asfalt en stoepen, want dit absorbeert de warmte van de zon met de kans op verbranding van de voetzooltjes van de hond;

Tip 6: Ondanks deze tips liggen verbrande pootjes op de loer als het erg warm is. Als je blaren, rode vlekken of losse huid op de zooltjes ziet, raadpleeg dan direct de dierenarts. 

Tip 7: Een dikke vacht lijkt warm te zijn, maar de vacht van een hond zorgt juist voor warmteregulatie en daardoor voor verkoeling. Het is daarom niet verstandig om de vacht van je hond in de zomer te scheren. De kans op verbanding en oververhitting is dan juist groter.

Symptomen van oververhitting bij een hond zijn: hijgen en kwijlen, snelle ademhaling, braken, rode of paarse slijmvliezen van bek en tong, onrust en uiteindelijk niet meer goed reageren op prikkels. Breng een hond met verschijnselen zo snel mogelijk naar een schaduwrijke plek. Bedek de buik en poten van de hond met natte doeken. De hond kan via de natte doeken de warmte kwijtraken. Breng iedere 5 minuten nieuwe doeken aan. Gooi nooit koud water over een hond heen, want dit kan door een plotselinge vernauwing van de bloedvaten tot een hartstilstand leiden. Laat je hond kleine hoeveelheden drinken en neem contact op met de dierenarts.