Ze bestaan nog; van die vergeten uithoeken in Nederland waar je als wandelaar door verlaten landschappen kunt dwalen, over weggetjes die in het niets lijken te eindigen. De Kemper-Broek is zo’n streek. Een lappendeken van moerasbosjes, ruige velden, beeklopen en zompige graslanden. Huub werkt er al 35 jaar en heeft het landschap de laatste jaren flink zien veranderen. “Van oudsher lag hier een groot grensmoeras. Lange tijd vrij ontoegankelijk, totdat het in de vorige eeuw grotendeels werd ontgonnen voor de landbouw. Beekjes werden rechttrokken om het water zo snel mogelijk af te voeren. Het gebied verloor zijn functie als natuurlijke waterbuffer. Nu is er een kentering gaande. Met allerlei partners werken we aan beide kanten van de grens aan herstel van het beekdallandschap, met veel ruimte voor de natuur. Een natuurlijke klimaatbuffer dat veel water kan bergen en vasthouden. Voordelig voor de landbouw dat niet meer met overtollig water kampt, gunstig voor Weert dat ‘droge voeten’ houdt en goed voor de natuur. Er is weer ruimte is voor natuurlijke processen.”