Een vleugje ardennen moezel of jotunheimen
Waar in Nederland krijg je het gevoel dat je in het buitenland wandelt?
Waar in Nederland krijg je het gevoel dat je in het buitenland wandelt?
Dat Nederland on-Nederlands mooi kan zijn, weten wij Nederlanders. Mosgroen en glooiend als in Frankrijk, stoer en uitgestrekt als in Scandinavië, pittig met toppen als in België (of Zwitserland voor wie het groot wil zien).
Toch zal ook iedere Fransman, Noor of Zwitser even zuchten als hij kennismaakt met onze 'bergen'. Ze liggen in Limburg, Gelderland en niet te vergeten de Achterhoek, waar een reus op weg naar de Zuiderzee – hij wilde die dempen – het zand uit zijn kapotte knapzak verloor. Op die resten van stuwwallen – dat zijn het natuurlijk – kun je heerlijk wandelen, met uitzichten tot ver over het glooiende land. Of over het water, zoals in Limburg waar de Jeker on-Nederlands mooi door haar dal stroomt. Extra buitenlands is het er door de wijngaarden die opkruipen tegen de flanken van het romantische dal.
Geen wijn, maar kraakhelder, zuiver water, vind je in de vennen van Drenthe. Ze liggen er bij bosjes te schitteren – natuurgebieden die zo uit Scandinavië lijken geknipt. Stil, verstild, bijna zen. Wie het ruiger wil, heeft het voor het kiezen. Natuurbeheerders zijn meesters in het beheren maar ook 'maken' van natuur.
Overal schiet wildernis uit de grond, struingebieden als de Ooijpolder, de Maasvallei of Klein Profijt waar je je soms waant in Polen of Wit-Rusland. Je vindt er oerbos, jungles aan blad en bomen, diepe kreken waar het water enorm tekeer kan gaan. En hooguit een konik uit Mazurië, een ijsvogel of bever die je begluurt. En heel misschien Floortje. Wie de koningin van het einde-van-de-wereld-gevoel wilt zien, blijft het beste in eigen land. Kiest Moddergat, Fochteloo of Siberië als bestemming.